UX Laws: De Wetenschap Achter Succesvolle Digitale Ervaringen

Effectieve UX is geen toeval; het rust op beproefde principes die gebruikersgedrag en ontwerp optimaliseren. Ontdek hoe wij met deze UX Laws digitale ervaringen creëren die betrokkenheid verhogen en resultaat opleveren.

Acquisition Syndrome

Dit fenomeen beschrijft de drang om constant nieuwe dingen te verwerven, vaak voortkomend uit een verlangen naar status of zelfverbetering. Een persoon blijft kopen om zijn of haar imago te verbeteren, wat leidt tot overvloed aan ongebruikte items.

Bron: Belk, R. W. (1988)

Action Bias

Is de neiging van mensen om in stressvolle of onzekere situaties actie te ondernemen, zelfs als niets doen of afwachten een betere optie zou zijn. Dit komt voort uit de behoefte om iets te doen, omdat stilzitten als passief en inactief kan aanvoelen, terwijl actie, zelfs onnodige, vaak als positief wordt gezien. Mensen denken vaak dat door iets te doen, ze controle of invloed hebben op de uitkomst, zelfs als dat niet zo is.

Bron: Gigerenzer (2007)

Affect Heuristic

Beslissingen worden vaak beïnvloed door emoties en gevoelens, waarbij positieve of negatieve effecten de perceptie van risico's en voordelen beïnvloeden.

Bron: Slovic et al. (2007)

Algorithmic Bias Effect

Dit principe verwijst naar de systematische en onbedoelde vooroordelen die kunnen optreden in algoritmes en datagedreven besluitvorming. Dit kan invloed hebben op hoe consumenten producten en diensten ervaren. Een aanbevelingsalgoritme dat alleen populaire producten promoot, kan unieke of nicheproducten onderwaarderen, waardoor diversiteit in keuzes afneemt.

Bron: Obermeyer, (2019)

Altercasting

Bij altercasting wordt iemand in een bepaalde rol geplaatst, waardoor hij zich gedraagt zoals van die rol verwacht wordt. Bijvoorbeeld, als iemand wordt aangesproken als een 'verantwoordelijke burger', zal hij zich waarschijnlijk naar die verwachting gedragen.

Bron: Weinstein & Deutschberger (1963)

Ambiguity Aversion

Ambiguity Aversion is de voorkeur voor bekende opties boven onbekende of onzekere keuzes, zelfs als die onbekende keuzes potentieel beter zijn. Mensen vermijden vaak situaties waarin de uitkomst onduidelijk is, wat invloed kan hebben op beslissingen.

Bron: Ellsberg (1961)

Anchoring

Anchoring is de neiging om de eerste informatie die we ontvangen (de "anchor") te gebruiken als referentiepunt bij het nemen van beslissingen. Dit kan invloed hebben op onze perceptie van prijzen, waarden en keuzes. Bijvoorbeeld, als consumenten eerst een hoog bedrag zien, lijkt een lager bedrag aantrekkelijker. Dit effect kan krachtig zijn in marketing en prijsstrategieën.

Bron: Tversky & Kahneman (1974)

Attention Economy

In een wereld waar informatie overvloedig is, wordt de aandacht van consumenten steeds schaarser. Marketeers moeten creatieve manieren vinden om de aandacht van hun doelgroep vast te houden.

Bron: McChesney, R. W. (2018).

Attention Residue

Dit principe stelt dat wanneer je tussen verschillende taken schakelt, een deel van je aandacht "achterblijft" bij de vorige taak, wat leidt tot verminderde concentratie en effectiviteit bij de huidige taak.

Bron: Mark, 2008

Autoriteit

Mensen luisteren eerder naar autoriteit omdat ze vertrouwen hebben in de expertise en ervaring van die persoon. Autoriteitsfiguren worden vaak gezien als experts, wat hun adviezen geloofwaardiger maakt. Bovendien zijn mensen geconditioneerd om sociale normen te volgen, waarbij het volgen van gezag gebruikelijk is. Dit versterkt het vertrouwen in hun aanbevelingen en helpt risico’s te minimaliseren, vooral in complexe situaties. Kortom, autoriteit wekt vertrouwen en biedt een gevoel van zekerheid.

Bron: Cialdini, R. B. (2006)

Baby steps

Door kleine, haalbare stappen voor te stellen in plaats van grote veranderingen, kunnen mensen gemakkelijker aanpassingen maken. Deze strategie helpt bij gedragsverandering door successen geleidelijk op te bouwen.

Bron: Prochaska & DiClemente (1983)

Backfire Effect

Wanneer mensen worden geconfronteerd met informatie die in tegenspraak is met hun overtuigingen, kunnen ze die overtuigingen zelfs versterken.

Bron: Nyhan & Reifler (2010)

Bandwagon Effect

De neiging om te doen wat de meerderheid doet, vaak ongeacht of deze keuze logisch is. Dit kan invloed hebben op consumentengedrag, sociale normen en politieke opinies.

Bron: Roese & Sande (1993)

Behavioral Economics of Microtransactions

Kleine aankopen kunnen de drempel voor consumenten verlagen, waardoor ze eerder geneigd zijn om extra producten of diensten aan te schaffen zonder het gevoel dat ze veel uitgeven. Spellen en apps die goedkope in-app aankopen aanbieden, kunnen leiden tot hogere totale uitgaven door de frequentie van kleine aankopen.

Bron: Gneezy, A., & Gneezy, R. (2019)

Behavioral Inertia

Mensen hebben de neiging om vast te houden aan hun huidige gedrag, zelfs als betere opties beschikbaar zijn, vaak vanwege gemak of een gebrek aan motivatie om te veranderen.

Bron: Verplanken & Wood (2006)

Ben Franklin Effect

Mensen voelen zich positiever tegenover iemand voor wie ze een gunst hebben gedaan, omdat ze onbewust hun acties rechtvaardigen door aan te nemen dat ze de persoon aardig vinden.

Bron: Jecker & Landy (1969)

Bottom Dollar Effect

Het Bottom Dollar Effect beschrijft de psychologische pijn die we voelen bij het uitgeven van geld wanneer onze portemonnee bijna leeg is. Hoe minder geld we hebben, hoe sterker de impact van elke uitgave aanvoelt. Dit kan leiden tot aarzeling om uit te geven, en het beïnvloedt onze perceptie van waarde en aanbiedingen

Bron: Prelec & Loewenstein (1998)

Bystander Effect

De neiging van individuen om niet te helpen in een noodsituatie wanneer er anderen aanwezig zijn, omdat ze denken dat iemand anders zal ingrijpen.

Bron: Latane & Darley (1970)

CAPSLOCK

Teksten in hoofdletters worden gemiddeld 10% langzamer gelezen, wat de leeservaring negatief beïnvloedt.

Bron: Nielsen, J. (2006)

Centre Stage Effect

Mensen hebben vaak een voorkeur voor de middelste opties als ze een keuze hebben. Dit kan beïnvloeden hoe producten/diensten gepresenteerd worden.

Bron: Tversky & Simonson (1993)

Cheerleader Effect

Mensen worden als aantrekkelijker gezien wanneer ze in een groep zijn dan wanneer ze alleen worden waargenomen.

Bron: Walker & Vul (2014)

Choice Premium Effect

Het Choice Premium Effect is de neiging van mensen om extra waarde te hechten aan premium opties. Wanneer consumenten de keuze hebben uit verschillende niveaus, zoals basis- en premium producten, geven ze vaak de voorkeur aan de premium optie. Dit komt doordat ze het gevoel hebben meer controle te hebben en dat de extra opties hun tevredenheid vergroten.

Bron: Schwartz (2004)

Choice-Supportive Bias

Choice-Supportive Bias is de neiging om onze eerdere keuzes positiever te herinneren dan ze waren. We focussen op de voordelen en negeren vaak de nadelen of alternatieven. Dit kan leiden tot overmatige bevestiging van onze beslissingen, waardoor we minder openstaan voor nieuwe informatie en moeilijker leren van fouten.

Bron: Tversky & Kahneman (1986)

Cognitive Closure

Cognitive closure verwijst naar de behoefte aan een definitief antwoord of oplossing, wat kan leiden tot snelle en soms ondoordachte beslissingen.

Bron: Kruglanski, A. W. (2004

Cognitive Overload

Te veel informatie kan leiden tot stress en slechte beslissingen, omdat mensen moeite hebben om alle gegevens te verwerken. De hoeveelheid informatie die iemand kan verwerken is beperkt; wanneer deze limiet wordt overschreden, kan dit de besluitvorming en leerprocessen verstoren.

Bron: Sweller (1988)

Commitment

Mensen hebben de neiging consistent te willen zijn in hun gedrag en beslissingen. Als iemand eenmaal een toezegging heeft gedaan, is de kans groter dat hij consistent blijft met die keuze. Dit effect verwijst naar de bevinding dat zelfs als mensen vermoeden dat een compliment niet oprecht is, het toch een positieve impact kan hebben op hun gemoedstoestand of zelfvertrouwen. De reden hierachter is dat positieve feedback, ongeacht de intentie erachter, vaak een gevoel van erkenning en waardering oproept, wat de algehele ervaring kan verbeteren. Dit effect is gerelateerd aan het concept van sociale bevestiging, waarbij zelfs de schijn van acceptatie of goedkeuring van anderen een positieve invloed kan hebben op individuen.

Bron: Cialdini (2001)

Confetti regen

Confetti regen is een visueel effect dat vaak wordt gebruikt om successen te vieren in digitale omgevingen. Het werkt goed voor motivatie, omdat het een onmiddellijke, positieve beloning geeft, wat gebruikers stimuleert om door te gaan en doelen te blijven behalen.

Bron: Nielsen Norman Group - Gamification in UX Design

Confirmation Bias

Mensen zoeken en interpreteren informatie die hun bestaande overtuigingen bevestigt, en negeren of bagatelliseren informatie die deze overtuigingen tegenspreekt.

Bron: Nickerson (1998)

Consumerism Cycle

Dit verwijst naar de cyclus waarin consumenten gedreven worden om steeds meer te kopen om een gevoel van voldoening te ervaren, wat leidt tot een voortdurende behoefte aan meer. Bijvoorbeeld: Iemand koopt de nieuwste smartphone, ook al is zijn huidige telefoon nog goed.

Bron: Schor, J. (2000)

Contrast Effect

Het waarnemen van een object of keuze wordt beïnvloed door de vergelijking met andere objecten. Bijvoorbeeld, een dure auto lijkt minder duur als er een nog duurdere auto naast staat. Omgekeerd werkt dit ook: als je een oude auto naast een dure auto zet, lijkt de oude auto nog ouder en slechter.

Bron: Sherif, Taub & Hovland (1958)

Country of Origin Effect

Het Country of Origin Effect verwijst naar de invloed van het land van herkomst op de perceptie van een product. Consumenten koppelen vaak bepaalde landen aan productkwaliteit, zoals Duitse auto's die worden geassocieerd met betrouwbaarheid. Dit effect helpt bedrijven bij het positioneren van hun producten door het land van herkomst te benadrukken.

Bron: Schooler (1965)

Curiosity Gap Bias

Curiosity Gap Bias beschrijft hoe mensen nieuwsgierig worden naar ontbrekende of onbekende informatie. Wanneer we niet alles weten, voelen we de behoefte om dit "kennis-gat" te vullen. Dit effect wordt vaak gebruikt in marketing en contentcreatie om de aandacht van consumenten te trekken en hen te stimuleren meer te ontdekken.

Bron: Loewenstein (1994)

Curse of Knowledge

De neiging van mensen die ergens goed in zijn om te vergeten hoe het is om dat niet te weten, waardoor ze vaak moeite hebben om kennis over te brengen aan beginners.

Bron: Camerer, Loewenstein, & Weber (1989)

Decisional Fatigue

Het idee dat naarmate mensen meer beslissingen moeten nemen, hun vermogen om te kiezen afneemt. Dit kan leiden tot suboptimale keuzes of zelfs totale besluiteloosheid.

Bron: Baumeister et al. (1998)

Decoy Effect

Een irrelevante keuze toevoegen maakt andere producten aantrekkelijker. Dit effect kan gebruikt worden om consumenten naar een bepaalde keuze te leiden.

Bron: Simonson (1989)

Default Choice Bias

Door een standaardkeuze te bieden (zoals de meest gekozen of aanbevolen optie), wordt het maken van een keuze gemakkelijker. Mensen kiezen vaak de standaardoptie uit gemak.

Bron: Johnson et al. (2002)

Default Choice Bias – Opt-In vs Opt-Out

Default Choice Bias verwijst naar de voorkeur van mensen om de standaardinstelling te kiezen bij het maken van keuzes. Bij Opt-In moeten mensen zich actief aanmelden (bijvoorbeeld voor een nieuwsbrief), terwijl bij Opt-Out mensen automatisch zijn ingeschreven en zich moeten afmelden (zoals bij orgaandonatie). Dit heeft vaak invloed op deelnamepercentages, waarbij Opt-Out doorgaans leidt tot meer inschrijvingen.

Bron: Thaler & Sunstein (2008)

Default Effect

Mensen zijn geneigd om de standaardoptie te kiezen, simpelweg omdat het de eenvoudigste keuze is, zelfs als er betere alternatieven zijn. Het Diderot Effect beschrijft een fenomeen waarbij de aanschaf van een nieuw item leidt tot een keten van andere aankopen. Dit gebeurt omdat mensen vaak de neiging hebben om nieuwe aankopen te willen integreren in hun bestaande levensstijl of omgeving, wat kan resulteren in onnodige uitgaven.

Bron: Johnson & Goldstein (2003)

Diderot Effect

Bijvoorbeeld, iemand koopt een luxe bank en voelt vervolgens de behoefte om nieuwe kussens, een tapijt en bijpassende schilderijen aan te schaffen. Dit resulteert in uitgaven die veel hoger kunnen zijn dan de oorspronkelijke prijs van de bank.

Bron: Patterson, M. (2012)

Digital Detox Principle

De opkomst van digitale detox-cultuur, waarbij mensen zich bewust afkoppelen van technologie, heeft invloed op hun voorkeuren en gedragingen, wat leidt tot een vraag naar meer authentieke ervaringen. Merken die een 'echte' of 'authentieke' ervaring aanbieden, kunnen aantrekkelijker zijn voor consumenten die willen ontsnappen aan de digitale wereld. Consumenten worden zich steeds meer bewust van hun digitale voetafdruk en de implicaties daarvan, wat invloed heeft op hun aankoopbeslissingen en merkpercepties.

Bron: Tsai, W. S., & Egelman, S. (2020)

Digital Footprint Effect

Merken die transparant zijn over hun gegevensverwerking en privacybeleid kunnen aantrekkelijker worden voor consumenten die waarde hechten aan privacy.

Bron: Bron: Tsai, W. S., & Egelman, S. (2020)

Distinction Bias

Wanneer mensen keuzes maken door twee opties direct te vergelijken, overdrijven ze de verschillen, wat leidt tot een minder bevredigende keuze dan wanneer de opties afzonderlijk zouden worden beoordeeld. Een enkele verandering in gedrag of een beslissing leidt tot een keten van gerelateerde veranderingen in andere aspecten van iemands leven.

Bron: Hsee & Zhang (2004)

Domino Effect

Bijvoorbeeld iemand die besluit gezonder te eten, kan ook besluiten om meer te gaan sporten en betere sociale kringen te vormen.

Bron: Bourdieu, P. (1984)

Dunning-Kruger Effect

Het fenomeen waarbij mensen met een lage bekwaamheid hun eigen vaardigheden overschatten, terwijl mensen met een hoge bekwaamheid hun eigen prestaties juist onderschatten.

Bron: Dunning & Kruger (1999)

Effort Heuristic

Mensen beoordelen objecten als waardevoller wanneer er meer moeite lijkt te zijn gestoken in hun productie.

Bron: Kruger, Wirtz, Van Boven & Altermatt (2004)

Ego-depletion

Dit principe verwijst naar de hypothese dat zelfbeheersing en wilskracht beperkte hulpbronnen zijn. Na een dag van mentale of emotionele inspanning, zoals werk of belangrijke beslissingen, raken deze hulpbronnen uitgeput. Hierdoor kunnen mensen aan het eind van de dag minder gemotiveerd zijn om hun doelen na te streven of gezonde keuzes te maken, zoals het vermijden van ongezond voedsel. Deze vermoeidheid kan leiden tot impulsieve beslissingen of het opgeven van eerder gemaakte plannen.

Bron: Baumeister et al. (1998).

Empowerment Theory

Mensen presteren beter wanneer ze het gevoel hebben controle te hebben over hun acties en beslissingen. Dit bevordert motivatie en zelfvertrouwen.

Bron: Zimmerman (1995)

Endowment Effect

Het Endowment Effect beschrijft hoe mensen de waarde van bezittingen hoger inschatten dan wanneer diezelfde dingen aan anderen toebehoren. Dit kan leiden tot terughoudendheid om iets te verkopen of weg te doen, zelfs als de werkelijke waarde lager is. Het effect beïnvloedt consumentengedrag en kan bedrijven helpen bij het bepalen van prijzen en waarde. Consumenten geven steeds meer de voorkeur aan ervaringen boven materiële goederen, wat bedrijven dwingt om ervaringen te creëren die emotionele waarde bieden.

Bron: Kahneman, Knetsch, & Thaler (1990)

Experience Economy

Merken die evenementen of unieke ervaringen aanbieden, kunnen een loyalere klantenbasis opbouwen dan diegenen die zich alleen op producten richten.

Bron: Pine, B. J., & Gilmore, J. H. (2019)

Extreme Aversion

Mensen vermijden extremen en kiezen liever voor de veiligste of middelste optie.

Bron: Hsee & Weber (1997)

F-vormig leespatroon

Gebruikers lezen webpagina's vaak in een F-vormig patroon, waarbij ze de bovenkant van de pagina scannen en vervolgens naar beneden en naar rechts bewegen.

Bron: Nielsen, J. (2006)

False Consensus Effect

De neiging om te geloven dat anderen dezelfde meningen en overtuigingen hebben als wijzelf, wat vaak leidt tot verkeerde aannames.

Bron: Ross et al. (1977)

False Dilemma

De tendens om te geloven dat er slechts twee opties zijn in een situatie, terwijl er vaak meer mogelijkheden zijn. Dit kan leiden tot beperkte en soms onjuiste besluitvorming.

Bron: Johnson (1998)

False Memory

Verwijst naar het fenomeen waarbij mensen zich gebeurtenissen herinneren die nooit hebben plaatsgevonden of waarbij ze zich de details verkeerd herinneren. Dit kan ontstaan door suggestieve vragen, media-invloeden of sociale druk. Studies hebben aangetoond dat zelfs vage of onjuiste informatie de herinneringen van mensen kan vervormen, waardoor ze vertrouwen in hun valse herinneringen kunnen krijgen. Dit effect illustreert de kwetsbaarheid van ons geheugen en benadrukt dat herinneringen niet altijd een betrouwbare weergave van de werkelijkheid zijn.

Fear Appeals

Fear appeals zijn communicatiestrategieën die inspelen op angst om gedragsverandering te bevorderen. De effectiviteit hangt af van de perceptie van de bedreiging en de mogelijkheden om deze te vermijden.

Bron: Witte, K. (1992)

Fear of missing out

De angst iets te missen als je niet meedoet of niet koopt. Dit speelt vaak in op schaarste of tijdgebonden aanbiedingen.

Bron: Przybylski et al. (2013)

Fee vs Free Effect

Het Fee vs Free Effect beschrijft hoe mensen gratis producten minder vaak gebruiken dan wanneer ze een kleine betaling doen. Zelfs een geringe kostenpost kan consumenten meer betrokken maken, waardoor ze het product eerder proberen. Dit effect laat zien hoe kleine betalingen de perceptie van waarde kunnen verhogen.

Bron: Ariely & Simonson (2003)

Feedback

Zorg ervoor dat gebruikers feedback ontvangen over hun acties, zoals het indienen van een formulier of het klikken op een knop. Duidelijke feedback helpt om de gebruikerservaring te verbeteren en het vertrouwen te vergroten, omdat mensen van nature behoefte hebben aan bevestiging en duidelijkheid. Onzekerheid kan frustrerend zijn en leiden tot twijfels over de effectiviteit van hun acties.

Bron: Nielsen, J. (2006)

Foot in the door

Dit principe stelt dat wanneer iemand instemt met een kleine vraag, de kans groter is dat hij later akkoord gaat met een grotere vraag. Dit komt doordat mensen consistent willen blijven met hun eerdere acties en overtuigingen.

Bron: Freedman & Fraser (1966)

Framing Effect

De manier waarop informatie wordt gepresenteerd kan de beslissing van mensen beïnvloeden. Positieve framing (bijvoorbeeld “95% kans op succes”) kan aantrekkelijker zijn dan negatieve framing (bijvoorbeeld “5% kans op falen”)

Bron: Tversky, A., & Kahneman, D. (2021))

Frequency Illusion

Zodra je je bewust wordt van iets, lijkt het vaker voor te komen, wat je perceptie kan beïnvloeden.

Bron: Kahneman

Fresh Start Effect

Het Fresh Start Effect beschrijft hoe mensen hernieuwde motivatie ervaren om doelen te stellen aan het begin van een nieuwe periode, zoals een nieuw jaar of een nieuwe maand. In UX/UI-design kan dit effect worden benut door gebruikers op strategische momenten te stimuleren nieuwe doelen te stellen, zoals het starten van een project of het behalen van een mijlpaal. Dit verhoogt de betrokkenheid en engagement.

Bron: Heng et al. (2017)

Gambler's Fallacy

Gambler's Fallacy is de misvatting dat de uitkomst van een onafhankelijke gebeurtenis, zoals een dobbelsteenworp of roulette, beïnvloed wordt door eerdere uitkomsten. Mensen denken vaak dat als iets vaker is voorgekomen, de kans groter is dat het in de toekomst minder vaak voorkomt, of vice versa. Dit effect kan leiden tot verkeerde inschattingen van kansen en risicovolle beslissingen, zoals bij gokken.

Bron: Tversky & Kahneman (1971)

Gamification

Gamification verwijst naar het toepassen van spelelementen in niet-spelcontexten om motivatie en betrokkenheid te verhogen. Dit kan helpen om gebruikers te stimuleren en gedragsverandering te bevorderen.

Bron: Deterding, 2011

Gaze cueing

Gaze cueing is het fenomeen waarbij mensen hun aandacht richten op waar anderen naar kijken. Je kunt dit gebruiken door een persoon een bepaalde kant op te laten kijken om de aandacht van mensen naar specifieke elementen te trekken.

Bron: Frischen, A., Bayliss, A. P., & Tipper, S. P. (2007)

Guarantees

Garanties bieden klanten een gevoel van veiligheid en zekerheid, wat de drempel verlaagt om een product of dienst te kopen. Dit vermindert de waargenomen risico's en versterkt vertrouwen in de kwaliteit van het aanbod.

Bron: Cialdini (2001)

Halo Effect

De tendens om op basis van één positieve eigenschap van een persoon of object aan te nemen dat andere eigenschappen ook positief zijn.

Bron: Thorndike (1920)

Hick’s Law

Hick’s Law stelt dat de tijd die nodig is om een beslissing te nemen toeneemt met het aantal keuzes dat beschikbaar is. Hoe meer opties er zijn, hoe langer het duurt om een keuze te maken. Dit effect benadrukt het belang van eenvoud en overzichtelijkheid in ontwerp- en besluitvormingsprocessen.

Bron: Hick (1952)

Hyper-Personalization

Consumenten verwachten steeds meer gepersonaliseerde ervaringen. Merken die in staat zijn om op maat gemaakte aanbevelingen te doen en relevante content te bieden, kunnen betere klantrelaties opbouwen.

Bron: McKinsey & Company (2020)

Hyperbolic Discounting

Mensen hebben de neiging om voorkeur te geven aan onmiddellijke beloningen boven grotere, toekomstige beloningen, zelfs als het rationeel gezien niet in hun belang is.

Bron: Ainslie (1975)

Identifiable Victim Effect

Het Identifiable Victim Effect beschrijft hoe mensen meer empathie en hulp bieden aan een specifiek, herkenbaar slachtoffer dan aan een grotere, anonieme groep. Wanneer individuen een persoonlijk verhaal of gezicht kunnen verbinden aan een tragedie, zijn ze vaak eerder geneigd om actie te ondernemen.

Bron: Small et al. (2007)

IKEA Effect

Het IKEA Effect beschrijft hoe mensen producten die ze zelf hebben samengesteld of gemaakt, waardevoller achten dan kant-en-klare producten. De inspanning en betrokkenheid vergroten ons gevoel van eigenaarschap en waardering. In marketing kan dit worden benut door klanten de mogelijkheid te bieden producten aan te passen of zelf samen te stellen, wat leidt tot hogere klanttevredenheid en loyaliteit. Gebruikers hebben de neiging om te geloven dat ze meer controle hebben over hun privacy en gegevens dan ze in werkelijkheid hebben, wat hen aanmoedigt om meer persoonlijke informatie te delen.

Bron: Norton et al. (2012)

Illusion of Control

Het gebruik van privacy-instellingen kan een schijnveiligheid bieden, terwijl de daadwerkelijke controle over gegevens vaak beperkt is.

Bron: Tsai, W. S., & Egelman, S. (2020)

Illusion of Explanatory Depth

Mensen denken dat ze iets beter begrijpen dan ze daadwerkelijk doen, totdat ze worden gevraagd om het uit te leggen.

Bron: Rozenblit & Keil (2002

Illusory Superiority

De neiging om onszelf als beter te beschouwen dan de gemiddelde persoon, wat kan leiden tot overschatting van eigen vaardigheden en prestaties.

Bron: Alicke (1985)

Illusory Truth Effect

De tendens om informatie te geloven na herhaalde blootstelling, ongeacht de nauwkeurigheid. Dit kan invloed hebben op overtuigingen en attitudes.

Bron: Fazio et al. (2015)

Inaction Inertia Effect

Een gemiste aanbieding maakt ons minder geneigd om in de toekomst te kopen. Dit effect kan de bereidheid tot actie verminderen, zelfs als er een nieuwe kans zich aandient.

Bron: Tversky & Kahneman (1981)

Ingroup Bias

De neiging om leden van de eigen groep positiever te beoordelen en hen meer voordelen te geven dan leden van andere groepen.

Bron: Tajfel (1970)

KISS-principe

Houd ontwerpen en inhoud eenvoudig. Vermijd overbodige elementen en ingewikkelde navigatie om verwarring te voorkomen.

Bron: Nielsen, J. (2006)

Loss Aversion

De neiging om verliezen zwaarder te wegen dan winsten van gelijke grootte, wat beslissingen en risicogedrag beïnvloedt.

Bron: Kahneman & Tversky (1979)

Mere exposure

Dit principe stelt dat mensen meer geneigd zijn iets leuk te vinden naarmate ze er vaker mee in contact komen. Herhaalde blootstelling aan een stimulus, zoals een merk of product, kan leiden tot een positieve perceptie.

Bron: Zajonc (1968)

Miller’s Law

Miller’s Law stelt dat mensen gemiddeld 7 (plus of min 2) items tegelijk kunnen onthouden, wat de beperkte capaciteit van ons kortetermijngeheugen benadrukt. In informatieontwerp en marketing is het belangrijk om de hoeveelheid informatie te beperken, zodat consumenten gemakkelijker keuzes kunnen maken en belangrijke informatie onthouden. Dit draagt bij aan effectievere communicatie en productpresentaties.

Bron: Miller (1956)

Motivated Reasoning

De neiging om informatie te interpreteren op een manier die de eigen overtuigingen of doelen ondersteunt.

Bron: Kunda (1990)

Motivating-Uncertainty Effect

Het Motivating-Uncertainty Effect beschrijft de verhoogde motivatie die mensen ervaren wanneer de beloning variabel en onzeker is. In situaties met onvoorspelbare uitkomsten, zoals spelletjes of beloningsprogramma's, kan de mogelijkheid van een grotere beloning mensen aanmoedigen om meer moeite te doen. Dit effect wordt vaak ingezet in gamification en marketingstrategieën om betrokkenheid te vergroten.

Bron: Skinner (1953)

Negativity Bias

Mensen hechten meer waarde aan negatieve ervaringen of informatie dan aan positieve, omdat negatieve gebeurtenissen meer impact hebben op het geheugen en de emoties.

Bron: Baumeister et al. (2001)

Noble Edge Effect

Het Noble Edge Effect beschrijft hoe consumenten producten van nobele of ethische bedrijven als superieur beschouwen. Merken die worden geassocieerd met waarden zoals duurzaamheid en sociale verantwoordelijkheid kunnen het vertrouwen en de voorkeur van klanten vergroten. Dit effect benadrukt het belang van een positieve merkreputatie en helpt bedrijven consumenten aan te trekken die waarde hechten aan ethiek.

Bron: Bhattacharya & Sen (2003)

Optimism Bias

De neiging om te geloven dat positieve uitkomsten waarschijnlijker zijn dan negatieve, wat invloed heeft op risicobeoordeling.

Bron: Sharot (2011)

Ostrich Effect

Mensen neigen ernaar slechte informatie te negeren of niet te willen horen, vergelijkbaar met een struisvogel die zijn hoofd in het zand steekt.

Bron: Karlsson et al. (2009)

Overconfidence Effect

De neiging om te geloven dat je beter bent dan gemiddeld, wat kan leiden tot risicovolle beslissingen.

Bron: Moore & Healy (2008)

Pacing & Leading

Het aanpassen van je gedrag aan dat van de ander (pacing) om vervolgens de ander te leiden naar de gewenste uitkomst (leading). Dit wordt vaak gebruikt in onderhandelingen en verkoopstrategieën.

Bron: Bandler & Grinder (1975)

Paradox of Choice

De overdaad aan keuzes kan leiden tot besluiteloosheid en ontevredenheid, omdat mensen zich overweldigd voelen door opties.

Bron: Schwartz (2004)

Peak-End Rule

De Peak-End Rule stelt dat mensen een ervaring voornamelijk beoordelen op het hoogtepunt (de meest intense momenten) en het einde ervan, in plaats van op de totale ervaring. Dit effect benadrukt het belang van het creëren van positieve hoogte- en eindmomenten in klantinteracties en ervaringen.

Bron: Kahneman et al. (1993)

Pelzman Effect

Het Pelzman Effect beschrijft hoe een verhoogd gevoel van veiligheid mensen ertoe kan brengen meer risico's te nemen. Dit kan gebeuren in situaties zoals verkeer of financiële investeringen, waar veiligheidsmaatregelen paradoxaal genoeg roekelozer gedrag kunnen veroorzaken, wat het risico op negatieve uitkomsten vergroot.

Bron: Pelzman (1975)

Personalisatie

Personalisatie werkt goed omdat het relevante, op maat gemaakte ervaringen biedt die aansluiten bij de voorkeuren en gedragingen van gebruikers. Dit verhoogt de betrokkenheid en verbetert de gebruikerservaring, omdat mensen sneller vinden wat ze zoeken. Bovendien creëert het een emotionele connectie; wanneer gebruikers het gevoel hebben dat een website hen begrijpt, bevordert dit loyaliteit en vertrouwen. Gepersonaliseerde aanbevelingen kunnen ook de conversie verhogen, omdat gebruikers eerder geneigd zijn te kopen als ze relevante suggesties krijgen. Al met al maakt personalisatie het gemakkelijker voor gebruikers om terug te keren, wat leidt tot een grotere klantloyaliteit.

Bron: Nielsen, J. (2006)

Pessimism Bias

Pessimism Bias is de overtuiging dat negatieve gebeurtenissen waarschijnlijker zijn dan positieve. Mensen verwachten vaak slechtere uitkomsten voor zichzelf en anderen, wat kan leiden tot angst en terughoudendheid bij het nemen van risico's. Dit effect beïnvloedt besluitvorming en gedrag.

Bron: Roese & Sande (1993)

Placebo Effect

Het fenomeen waarbij mensen verbetering ervaren in hun toestand na behandeling met een inactieve substantie, enkel omdat ze geloven dat de behandeling werkt.

Bron: Beecher (1955)

Planning Fallacy

De neiging om de tijd die nodig is voor taken te onderschatten, zelfs als we bekend zijn met vergelijkbare taken.

Bron: Kahneman & Tversky (1979)

Positieve feedback

Positieve feedback versterkt gewenst gedrag doordat het motivatie en zelfvertrouwen verhoogt. Het biedt sociale bevestiging, waardoor mensen zien dat hun acties goed zijn. Dit leidt tot conditionering: gedrag met positieve gevolgen wordt vaker herhaald. Kortom, het benadrukt succes en stimuleert herhaling van het gewenste gedrag.

Bron: Skinner, B. F. (1953)

Post-Purchase Rationalization

Post-Purchase Rationalization is het proces waarbij consumenten een aankoop achteraf rechtvaardigen door de voordelen te benadrukken en nadelen te minimaliseren. Ze zoeken naar redenen om zich goed te voelen over hun keuze, wat helpt cognitieve dissonantie te verminderen. Dit effect kan leiden tot verhoogde klanttevredenheid en loyaliteit, omdat mensen positieve gevoelens aan hun aankopen koppelen.

Bron: Tversky & Simonson (1993)

Power of Defaults

De standaardinstellingen of -opties die consumenten voorgeschoteld krijgen, hebben een aanzienlijke invloed op hun beslissingen. Mensen zijn geneigd om de standaardopties te accepteren in plaats van actief keuzes te maken. Opt-in versus opt-out keuzes voor e-mailcommunicatie; veel mensen blijven ingeschreven voor nieuwsbrieven als ze automatisch worden toegevoegd.

Bron: Gneezy, A., & Gneezy, R. (2019)

Priming

Eerdere blootstelling aan een stimulus beïnvloedt hoe we reageren op een latere stimulus, vaak onbewust. Een subtiele boodschap kan iemands gedrag sturen zonder dat die persoon zich daarvan bewust is. Consumenten zeggen dat ze om hun privacy geven, maar hun gedrag (zoals het gebruik van gratis apps die persoonlijke gegevens verzamelen) toont vaak het tegenovergestelde.

Bron: Bargh, Chen & Burrows (1996)

Privacy Paradox

Mensen klagen over datalekken, maar blijven hun gegevens delen voor toegang tot populaire sociale media-platforms.

Bron: Tsai, W. S., & Egelman, S. (2020)

Procrastination

Het uitstellen van taken, vaak vanwege een gebrek aan motivatie of omdat men wordt overweldigd door de taak.

Bron: Steel (2007)